het verhaal van...

'Ik mag nooit harder huilen dan de familie'

Een rustige plek middenin de bossen, waar de vogels fluiten en af en toe muziek door de gangen klinkt. Verpleegkundig specialist Esther de Vet (37) werkt bij hospice Marianahof. Hoe levert zij de beste zorg aan mensen die binnenkort overlijden?

Als verpleegkundige in het ziekenhuis specialiseerde je je in de palliatieve zorg. Wat spreekt jou daarin aan?

‘De warme zorg, de oprechte aandacht en de rust. Ik wil mensen die niet meer beter worden een zo goed mogelijke kwaliteit van leven en sterven geven. Na mijn opleiding tot verpleegkundige heb ik altijd in het ziekenhuis gewerkt. Daar verleen je acute zorg. Het is snel, en je werkt veel met protocollen. Die zorg richt zich op iemand beter maken. Maar soms word je niet meer beter. Toch kunnen we dan nog heel veel doen.’

Wat maakt het werken in een hospice voor jou zo waardevol?

‘Bijna alles. De rust en de aandacht. Je komt heel dichtbij de mensen. En er wordt ook gelachen. Mensen denken vaak dat er in een hospice een verdrietige sfeer heerst. Dat probeer ik altijd te ontkrachten. Natuurlijk, verdriet hoort er ook bij en we praten over de dood. Maar de mensen die bij ons komen, weten wel hoe ziek ze zijn en wat hen te wachten staat. We voegen geen dagen aan het leven toe, maar wel leven aan de dagen. Humor is bij ongeneeslijk zieke mensen ook een goed medicijn om het lijden te verlichten. Met sommige bewoners kunnen we enorm lachen om hun (zwarte) humor. Zoals een mevrouw die vraagt of ik haar ‘cavia’ wil aangeven, als ze haar haarstukje bedoelt. Of een meneer die ik feliciteerde met zijn verjaardag, waarop hij reageerde met: 'HieperdeRIP hoera!'

Iedere dag zijn er wel mooie momenten. Zoals vriendinnen die voor een bewoner een kleine high tea organiseren, om nog een laatste keer samen te zijn. Of iemand die te ziek is om nog uit bed te komen, maar met de laatste krachten gitaar speelt. Daar zie ik mensen van opfleuren en van genieten. Dat maakt mijn werk zo mooi; dat ik die momenten mag meemaken en mensen mag begeleiden bij het laatste stukje. Niemand weet hoe het is om te sterven. Het heeft tijd nodig om je daarop voor te bereiden. Ik bied een luisterend oor, geef uitleg  – en waar nodig goede symptoombestrijding. Het is de voorbereiding op een waardige afsluiting.’

Wat vind je moeilijk aan jouw werk?

‘Mensen komen vaak met bepaalde verwachtingen naar een hospice. En dat kan weleens botsen. Euthanasie krijgen, of een roesje dat uiteindelijk tot de dood leidt, zijn geen dingen die zomaar geregeld zijn. Daar gaan veel gesprekken aan vooraf en we moeten ons houden aan allerlei regels en zorgvuldigheidseisen. Je dwingt het niet af. Ik ben blij dat de media daar steeds meer aandacht aan besteedt. Ik voel met mensen mee en wil doen wat ik kan om het lijden te verlichten, maar we moeten ons aan regels houden en er zijn grenzen aan de zorg die we bieden. In gesprekken over dit soort verwachtingen die wij niet kunnen waarmaken, lopen de emoties vaak hoog op. Dan is het aan mij om rust te creëren en uitleg te geven.’

‘We voegen geen dagen aan het leven toe, maar wel leven aan de dagen’

'Iedere dag werk ik op de flinterdunne lijn tussen leven en dood'

Al bijna de helft van haar leven werkt ze op de intensive care. Daar ziet verpleegkundige Linda de Roos (49) veel leed, maar er gebeuren ook mooie dingen...

Lees meer

Welke bewoner zal jou altijd bijblijven?

‘Een dame die uiteindelijk vijf maanden bij ons is geweest. Ze berustte helemaal in haar lot. Ze vond dat ze een goed leven had gehad. Het was een prachtig mens dat ervan hield om over van alles te filosoferen. Het was leuk om dat met haar samen te doen, en te leren van al haar wijsheid. In een korte tijd heb ik een hele hechte band met haar gekregen.’

Hoe ga je ermee om dat je uiteindelijk van al je cliënten afscheid moet nemen?

‘Door mijn emoties te delen. Soms met de bewoner zelf, al bewaar ik daarin altijd een professionele afstand. Ik mag nooit harder huilen dan de familie. Maar emoties delen mag, het maakt je empatisch. Dat doen we ook binnen het team van verzorgenden, verpleegkundigen, kaderartsen en vrijwilligers. Informeel, gewoon onderling, maar iedere week ook formeel. Als er een cliënt is overleden, kijken we samen terug hoe het proces is gegaan en wat het met ons heeft gedaan. Buiten werktijd is sporten voor mij een uitlaatklep. Net als motorrijden: even mijn hoofd resetten.’

Wat heb je door dit werk geleerd en wil je collega’s meegeven?

‘Ik heb geleerd om te proberen in het hier en nu te leven. We zijn geneigd om in de toekomst te denken. Wat we allemaal willen bereiken en méér willen hebben. Maar de toekomst is voor niemand zeker, dus wees je bewust van wat je op dit moment hebt en geniet daarvan.’    

Esther de Vet (37)

Verpleegkundig bij hospice Marianahof

In hospice Marianahof in Etten-Leur worden mensen opgenomen met een levensverwachting korter dan drie maanden. Bijvoorbeeld omdat ze kanker hebben, hart- of longfalen of een andere ongeneeslijke ziekte. Het kunnen ook mensen zijn die een euthanasiewens hebben, maar daar niet voor in aanmerking komen. Esther en haar collega’s begeleiden hen in dat geval met het stoppen met eten en drinken.